LPLDD-10A-24V-TP-H Laserdiode Stuurstroombron

Over de LPLDD-10A-24V-TP-H Laserdiode Stuurstroombron

De LPLDD-10A-24V-TP-H Laserdiode Stuurstroombron is een professionele stuurstroombron voor laserdiodes, uitgerust met thermische beveiliging om optimale prestaties van laserdiodes te waarborgen en oververhitting te voorkomen. Deze veelzijdige driver biedt een instelbare uitgangsstroom van 0 tot 10 A en maakt stroommodulatie van de diode mogelijk bij frequenties tot 100 kHz. Een voorbeeldtest met modulatie door het 100 kHz blokgolfsignaal wordt hieronder weergegeven.

De stuurstroombron beschikt over een robuust thermisch beveiligingssysteem om de laserdiode tegen oververhitting te beschermen. Onder normale bedrijfsomstandigheden blijft de groene LED branden zolang de thermistor een temperatuur onder de 40 graden Celsius meet. Als de temperatuur de 40 graden Celsius overschrijdt, begint de rode LED te knipperen. Wanneer de temperatuur 45 graden Celsius bereikt, blijft de rode LED continu branden en schakelt de laserdiode stuurstroombron automatisch uit tot de temperatuur weer onder de 40 graden Celsius komt. Indien de verbinding tussen de driver en thermistor verloren gaat of onderbroken wordt, zullen beide LED’s knipperen en is het noodzakelijk de driver te resetten door de voeding kort los te koppelen en opnieuw aan te sluiten.

Dankzij brede compatibiliteit kan de LPLDD-10A-24V-TP-H een breed scala aan laserdiodes voeden die op de markt verkrijgbaar zijn, waaronder diodes met golflengten van 405 nm, 445 nm, 520 nm, 638 nm, 650 nm, 808 nm en 980 nm, met optische vermogens tot 5 W.

Voorbeeldtest

• 6 W NUBM44 laserdiode (bij 3,3 A)
• Draden van 15 cm lang, 0,35 mm2
• 12 V ingangsspanning (@ 10% duty cycle)
• 80 x 80 x 20 koellichaam op vermogens-MOSFET

Aanbevelingen en vereisten

• Om de laserdiode stuurstroombron met één enkele voeding in het bereik van 7,5-24 V DC te voeden, dient de jumper aangesloten te zijn. Indien u echter een laagspanningsdiode gebruikt (bijvoorbeeld 3 V), zijn twee voedingen vereist en moet de jumper worden verwijderd. Het is belangrijk dat de voedingsspanning nauwkeurig wordt afgestemd op de vereisten van de laserdiode.
• Voor spanningen lager dan 3,3 V geldt de volgende formule voor de ingangsspanning:
  Vin = 0,2* I + Vd
• Vin - ingangsspanning
• Vd - werkspanning van de diode
• I - werkstroom

• Wees uiterst voorzichtig om kortsluitingen tussen de + (VCC) van de voeding en - (GND) van de logica- of monitorinput te voorkomen, aangezien hierdoor de dunne GND-logicalijnen onherstelbaar beschadigd kunnen raken.
• De modulatie-ingang kan gebruikt worden als TTL-ingang met logicaniveau's van 0 V en 5 V, of als analoge ingang. Analoge modulatie maakt het mogelijk het uitgangsvermogen aan te passen door specifieke spanningsniveaus toe te passen (bijvoorbeeld 2,5 V voor 50% uitgangsvermogen, 4 V voor 80% uitgangsvermogen, enzovoort). Deze ingang kan ook gebruikt worden als PWM-ingang. De enige vereiste is dat de basisfrequentie van het PWM-signaal zich bevindt in het bereik van 5-20 kHz.
• Wij adviseren het gebruik van voedingskabels met een doorsnede van 0,1*I mm2, waarbij I de bedrijfsstroom is.
• Afhankelijk van de gebruikte laserdiode en voedingseenheid kan een extra ventilator noodzakelijk zijn om een correcte koeling van de MOSFET’s te waarborgen. Overmatige opwarming kan MOSFET’s beschadigen en leiden tot doorbranden van de laserdiodes.

Bescherming

Het voedingscircuit van de laserdiode is beveiligd tegen omgekeerde polariteit door toepassing van een Schottkydiode met hoge stroomcapaciteit en lage doorlaatspanning, die de laserdiode beschermt tegen foutieve spanningsaansluitingen en warmteverlies tot een minimum beperkt.

Ter beveiliging van de analoge ingang is een 5V1 Zenerdiode aangebracht om spanningen boven de 5 V af te voeren. Het is echter van essentieel belang geen hogere spanningen op deze ingang toe te passen.